Recensie Buck Danny Kortverhalen 1 1946-1969
door Victor Hubinon & Jean-Michel Charlier + 
Dan Cooper
6. Duel in de wolken
7. Het waagstuk
8. Het escadrille van de jaguars
door Albert Weinberg & Jean-Michel Charlier

 

De kortverhalen van Buck Danny, een tweedelige serie waarmee uitgever Dupuis het verkoopkanon onder de vliegtuigstrips nog wat verder uit kan melken... De meeste van de korte verhalen in het eerste deel 1946-1969 stonden ook al in Ciso 17, in Buck Danny Omnibus 4 en werden – zeer recent nog – opgenomen in de vijfde integrale van Buck Danny.
Het niet-Buck Danny verhaal De ondergang van de Bismarck verschijnt hier voor het eerst in kleur, het is het vroegste werk van het duo Hubinon-Charlier, die in 1946 nog niet echt blijk gaven van hun grote talent.
Het interessants zijn de drie korte verhalen die Hubinon en Charlier maakten voor Sprint (in het Frans Risque-tout), en dan met name om wat er over verteld wordt op de redactionele pagina die aan de drie verhalen gewijd is.
Hubinon vond het maar niets, die korte verhalen voor Sprint. Hij vond dat zijn scenarist beter z'n kruit droog kon houden voor langere verhalen – waarvan ze er samen alleen al voor Buck Danny veertig zouden maken! Charlier was dat bij nader inzien met hem eens en hergebruikte het basisidee van Duel in de lucht voor de Buck Danny-albums Proefmodel FX-13 en Het ZZ eskader en het Tangy & Laverdure-album Mirages te koop.
Maar nóg veel interessanter vond ik het worden toen ik las dat Charlier Duel in de lucht uitbreidde en omwerkte tot een scenario voor Albert Weinberg's Dan Cooper.
Wacht even... Weinberg schreef toch altijd zélf zijn scenario's?
Ik kon me niet herinneren ooit de naam van Charlier op een album van de Canadese piloot te hebben gezien...
En inderdaad. Die staat er ook nergens op. Zélfs niet in de recent uitgegeven reeks integrales van Dan Cooper. Daarin is in de summiere dossiertjes die de albums rijk zijn overigens over Charlier's medewerking geen letter terug te vinden...
Toch blijkt Charlier maar liefst dríe albums van Cooper geschreven te hebben!
En ze zijn alle drie – in meer of mindere mate – bewerkingen van de drie Sprint-verhalen van Buck Danny...

Tangy & Laverdure (ook geschreven door Charlier) is m'n favoriete vliegtuigstrip, Buck Danny vond ik al minder, Dan Cooper kon me helemaal niet boeien, maar nu word ik toch nieuwsgierig. Als Charlier zich ermee gemoeid heeft...
Omdat Dan Cooper in de Lombard-collectie zat heb ik de eerste delen natuurlijk wel in de kast staan – daar kun je als aspirant-stripprofessor niet om heen.
Duel in de wolken is een verhaal over een poging de Blauwe driehoek (het vliegtuig waarmee Dan Cooper z'n reeks avonturen begon en dat door z'n vader ontworpen werd) te vermarkten. Daartoe moet 'strijd' geleverd worden met de Zweden, die ook een nieuw toestel hebben dat ze graag aan andere landen verkopen willen.
Het plot komt me inderdaad bekend voor uit Mirages te koop, zeker als er sabotage in het spel blijkt te zijn en de Canadezen de Zweden daarvan verdenken... en vice versa.
Hoewel het tekenwerk van Albert Weinberg niet kan tippen aan dat van die andere Albert (Uderzo)
– noch aan dat van Hubinon – valt deze Dan Cooper me qua verhaal 100% mee.


Het daarop volgende Dan Cooper-album is Het waagstuk. Er is wederom een revolutionair vliegtuig dat door Cooper en z'n mannen getest moet gaan worden. Deze keer gaat het om het vliegtuig Boomerang dat zich onder een ander vliegtuig Kangoeroe bevindt en daaruit in de lucht gelanceerd kan worden.
Een groep schurken denkt een gewaagd plan uit om beide prototypes in handen te krijgen. Het scheelt niet veel of ze slagen, maar Dan – die zich in de Boomerang bevindt – bluft dat hij het zelfvernietigingsmechanisme van zijn vliegtuig zal inschakelen als Kangoeroe hem niet lost. Beide toestellen zouden daarbij vernietigd worden (om niet te spreken van alle inzittenden, inclusief Dan zélf die z'n schietstoel niet kan gebruiken zolang hij onder Kangoeroe hangt).
Dan stort neer op het Noordpoolijs en de rest van het album doet wat denken aan de Noordpoolverhalen van Buck Danny en Tangy & Laverdure. Maar het Boomergang/Kangoeroe-plot komt rechtstreeks uit het Sprint Buck Danny-verhaal Een prototype is verdwenen.


Het laatste Dan Cooper-verhaal dat Charlier schreef is Het escadrille van de Jaguars. Dat zou volgens de redactionele pagina in het eerste deel van Buck Danny's kortverhalen gebaseerd zijn op het Sprint-verhaal Geheime opdracht. Dat vind ik erg ver gezocht, de enige overeenkomst is dat in beide strips een vliegtuig een stuk van een berg laat instorten teneinde een grote ramp te voorkomen.
Dan en zijn team zijn gevraagd een Zuid-Amerikaans grensconflict in de kiem te smoren, maar opnieuw zijn saboteurs er op uit hun opdracht te dwarsbomen.
In het plot is veel te herkennen van het Tangy & Laverdure-verhaal Eerherstel van een lafaard, al is de lafaard deze keer eerder een bullebak dan een angsthaas. De Amerikaan brengt met zijn onbehouwen gedrag het hele team in gevaar, maar als de boel op de spits gedreven wordt blijkt hij toch ook z'n goede kanten te hebben.

Na deze drie Charlier-Cooper's las ik het daarop volgende deel – dat weer gewoon door Weinberg werd geschreven – er ook maar achteraan.
En daar blijkt waarom Dan Cooper me nooit zo kon boeien. De verhalen die de man zelf schrijft missen diepgang en structuur.
Het geheim van Dan Cooper is niet veel voorspelbaarder dan de drie Charlier-albums, maar mist samenhang en planning.
Als Cooper's vader ontvoerd wordt krijgt Dan een dreigbrief: Hij moet (opnieuw) een prototype aan de schurken leveren of zijn vader zal omgebracht worden.
Waar Charlier een dergelijk uitgangspunt helemaal uitwerkt en met een verrassende oplossing voor het probleem komt laat Weinberg Cooper op de dolle plof met het prototype de schurken tegemoet vliegen, waarna hij met veel geluk de zaak tot een goed einde weet te brengen.
Charlier's Dan Cooper is een intelligente man met een goed verstand, die van Weinberg een draufgänger met veel mazzel.


Waar zit 't kwaliteitsverschil 'm verder in? Het eerste dat Charlier doet met de strip van Weinberg is een team rond Dan Cooper schrijven. Al Charlier's stripreeksen kennen meerdere hoofdpersonen. Buck heeft Sonny & Tumbler, Tangy heeft Laverdure, Blueberry Kopernek en Jimmy McClure en Roodbaard heeft Driepoot en Baba (diens accent duikt overigens bij Cooper's collega Louverture even plotseling op als het weer verdwijnt in Het escadrille van de Jaguars). Helden zijn in wezen saai en Charlier gebruikt de figuren rond de brave hoofdrolspelers om het verhaal aan te kleden en interessanter te maken. Daarbij hanteert hij die typische Charlier-humor, die in bijna  al zijn verhalen maar vooral bij  Buck Danny en in Tangy & Laverdure voorkomt. Met name de piloot Lafleur neemt in deze trilogie de rol van de stuntelende Laverdure/Sonny op zich.
Weinberg voert het team meteen af als hijzelf de stuurknuppel weer ter hand neemt.

Eigenlijk is het een schande dat het auteurschap van de drie Charlier-Dan Coopers tot op de dag van vandaag niet officieel gemaakt is, maar het heeft er wel voor gezorgd dat ik zomaar drie – voor mij – totaal onbekende Charlier-albums in de schoot geworpen kreeg!
Er zijn dagen dat je minder mazzel hebt...



(Hans Hartgers)

Interesse? Koop het album hier!