Recensie Dick Matena's  dubbelbiografieen 1. Gauguin en Van Gogh 2. Mozart en Casanova 3. Sartre en Hemingway

  Recensie Dick Matena's  dubbelbiografieen 1. Gauguin en Van Gogh 2. Mozart en Casanova 3. Sartre en Hemingway

 

Recensie Dick Matena's  dubbelbiografieen
1. Gauguin en Van Gogh
2. Mozart en Casanova
3. Sartre en Hemingway

 

Tegenwoordig vind je in de stripwinkel voor elk wat wils. Helaas moet je dan wel willen en de gemiddelde Nederlander zegt nog steeds spijkerhard 'nee' tegen strips. Onlangs gaf ik een vriend voor zijn verjaardag de strip Logicomix kado. Daar reageerde hij enthousiast op, maar een andere feestganger merkte op: 'Da's handig; hoef je niet te kunnen lezen!' Op dat soort momenten is het – heb ik geleerd – beter te zwijgen al zal ik niet ontkennen dat zoiets me moeite kost.
Maar goed, de diversiteit in de Nederlandse stripwinkel is enorm. Met name op het gebied van de geschiedenis. Van avonturenstrips die zich in de oudheid afspelen tot documentaires op papier, tot biografieën in stripvorm. Maar de strip kampt nog steeds met het imago voor kinderen of analfabeten te zijn.
Misschien omdat het een relatief jong medium is? De eerste echte volwaardige volwassen strips stammen immers pas van pakweg dertig jaar geleden en één van de allereersten die zich op de volwassenstrip stortte was onze 'eigen' Dick Matena.
Hij heeft de laatste tijd niet te klagen – al laat hij zich daar niet door weerhouden en moppert hij onverdroten voort – over aandacht: een TV-special, een tentoonstelling met bijbehorende catalogus, diverse nieuwe stripuitgaves en... godbetert... een eigen glossy!
Na zijn avonturenstrips in Pep (
Argonautjes, Ridder Roodhart en Grote Pyr) boekte hij internationaal succes met Amen en Mythen, strips die hij publiceerde in Metal Hurlant en Heavy Metal. Mythen handelde over historische personages als Alfred Hitchcock, John Lennon en Elvis Presley. Het waren Matena's eerste strips over beroemdheden, een onderwerp dat hem zijn verdere stripcarrière zou blijven bezighouden en uiteindelijk in zekere zin resulteerde in zijn verstrippingen van beroemde boeken als De avonden, Kort Amerikaans, Kaas en Het dwaallicht.
Na
Mythen maakte Matena voor gerenommeerde Franse uitgever Casterman een verhaal over Edgar Allan Poe: De laatste dagen van E.A. Poe, waarin werkelijkheid en mythe vervlochten werd en hij optimaal gebruik maakte van alle geheimzinnigheid rond de figuur Poe en de vreemde omstandigheden waaronder hij om het leven kwam.

 

Met Gauguin en Van Gogh (voor een andere gerenommeerde Franse uitgeverij Lombard) startte hij vervolgens een reeksje dubbelbiografieën waarmee hij zijn tijd op stripgebied feitelijk ver vooruit was. Vandaag aan de dag zijn biografieën van met name beroemde schilders schering en inslag in de Nederlandse stripwinkel, maar dat lag begin jaren negentig wel anders.
Hoewel je de drie albums die hier besproken worden biografieën zou kunnen noemen gebruikt Matena de beroemde figuren eerder als kapstok om een verhaal aan te hangen dan dat hij een zuiver biografische strip over ze maakt. Hoewel er tegenwoordig veel stripbiografieën verschijnen heeft die manier van werken weinig navolging gekregen, helaas. Het toont nog maar eens aan dat Dick Matena een unieke figuur is binnen de Nederlandse en internationale stripwereld.
Anders dan met
Mythen en zijn Poe-verhaal blijft Matena in zijn dubbelbiografieën wat dichter bij de historische feiten. Hij kiest een periode in het leven van de beroemdheden, een moment waarop de levens van zijn twee hoofdpersonen elkaar geraakt hebben of zouden kúnnen hebben en speculeert daar een verhaal omheen. Zijn drie albums leveren door deze werkwijze heel verschillende, maar allemaal boeiende verhalen op.

 
Van Gauguin en Van Gogh is het algemeen bekend dat de twee elkaar goed kenden en met elkaar optrokken. Als vrienden, maar ook als twee totaal verschillende persoonlijkheden. Van Gogh emotioneel en calvinistisch, star en geremd; Gauguin levenslustig en onbezonnen, oppervlakkiger en opvliegend. Hij is dan ook al snel nadat hij zich in Arles bij Vincent gevoegd heeft diens gezeur goed zat en stapt op, daarmee Vincents droom van een kunstenaarskolonie aan diggelen slaand.
Centraal staat het oor-incident, maar eigenlijk handelt de strip over de tegenstrijdigheid in karakters van de beide schilders.
Grappig detail is dat Martin Lodewijk voor zijn 18e Agent 327-album Het oor van Gogh enkele van de tekeningen uit Matena's Gauguin en van Gogh-album gebruikte voor de historische scènes...

In
Mozart en Casanova is Mozart bezig met het schrijven van de muziek voor de opera Don Juan. Wat hij geschreven heeft is – zoals altijd – geniaal, maar hij is niet tevreden. Het probleem is dat hij niets van een vrouwenversierder in zich heeft en zich maar moeilijk kan verplaatsen in die Don Juan. Da Ponte brengt hem in contact met de beruchte Casanova, als iemand hem in kan wijden in de kunsten van het verleiden is het die ouwe schuinsmarcheerder wel. Maar Casanova is niet alleen voor de vrouwtjes een publiek gevaar en Mozart krijgt een beetje teveel van hetgeen waar hij om gevraagd heeft. Matena neemt hier meer vrijheid en maakt er een magisch-realistisch verhaal van.
Knap hoe hij dat doet zonder de beroemdheden geweld aan te doen. Daaraan is te zien dat hij sinds
Mythen gegroeid is als scenarist.

Het derde album verscheen bij de Nederlands uitgever Arboris. Blijkbaar was de internationale belangstelling tanende. Met Sartre en Hemingway vertelt Matena meer een maatschappelijk drama. Hemingway verblijft in Parijs en ontmoet er de jonge Sartre. Hun 'samenwerking' is niet op het literaire vlak, zoals verondersteld zou mogen worden, maar ze proberen gezamenlijk als redder in nood te fungeren voor 'damsel in distress' Eva. Jean-Paul Sartre is hopeloos verliefd op zijn voormalige kindermeisje, die hem als tiener inwijdde in de liefde, maar zij is in de handen gevallen van de brute pooier Antoine. Eva ziet het niet meer zitten en besluit er een eind aan te maken door in de Seine te springen, de übermannelijke Hemingway weet dat te voorkomen. Sartre is precies het tegenovergestelde van de macho Hemingway, een nietig en bebrild studentje en het is maar de vraag of de twee elkaar in werkelijkheid gelegen hadden. Belangrijker is dat het allemaal zo had kunnen lopen en dat Matena's verhaal de karakters van de beide beroemdheden geen geweld aandoet.

 

Het tekenwerk is voor alle drie de albums goed. Matena heeft in heel wat verschillende stijlen gewerkt gedurende zijn langdurige carrière, maar opereert begin jaren negentig op de toppen van zijn kunnen. Ik vind zijn tekeningen voor Mythen en Poe nóg beter, het wordt gaandeweg allemaal wat stijver. Hoewel hij qua verhaal zijn karakters heel dicht op de huid zit, zijn z'n tekeningen daardoor enigszins afstandelijk, waarmee hij eigenlijk weer een heel mooi sfeertje creëert.
Wat de albums verder interessant maakt is Matena's keuze voor de donkere kant van de samenleving. De albums zitten vol hoeren, bordelen, café's en achterafsteegjes. Het leven is grauw, duister en gevaarlijk. Veel historische strips uit die tijd zijn nogal kritiekloos ten aanzien van het onderwerp en schilderen een wat al te braaf portret. Matena niet. Hij gaat geen taboe uit de weg!
Misschien dat Matena's voorliefde voor de meer duistere kant van de zaak er wel de oorzaak van is dat hij zijn succes wat betreft de dubbelbiografieën niet echt heeft kunnen consolideren. Naar mijn idee had hij met beroemde figuren nog tal van albums kunnen en willen maken, maar viel de belangstelling van de stripmarkt dusdanig tegen dat hij gedwongen werd zijn bakens te verzetten.
Wat rest zijn drie ondergewaardeerde albums die – als ze vandaag de dag in de stripwinkels zouden verschijnen – vermoedelijk een groter publiek zouden vinden dan ze vijfentwintig jaar geleden deden...



(HH)

Interesse? Koop het album hier!