Wat wij moeten weten
striproman door Willy Linthout



 

Ik heb een notitieboekje van mijn oma. Veel bijzonders staat er niet in. Een klein verslagje van een vakantie die ze met ons gezin in Duitsland doorbracht en de schoenmaten van mijn neven, nichtjes, mijn broer en mij. Ze breide altijd sokken voor ons. Het is het meest persoonlijke dat ze me nagelaten heeft.
Vreemd genoeg hebben veel mensen weinig met dit soort 'erfenissen'. Meestal maken ze zich drukker om de waardevolle spullen. Al oma's fotoboeken (het vakantieverslag in mijn boekje was een kladversie, die schreef in het net over in haar fotoalbum) zijn met het oud vuil meegegaan!
Al is de inhoud van het geschrevene voor jou niet van belang, een handschrift: dichter kun je niet bij een overledene komen, lijkt mij.
Striptekenaar Willy Linthout zal dat ongetwijfeld met me eens zijn...

 


Nadat hij de zelfmoord van zijn zoon verwerkte in zijn pijnlijk autobiografische strip Het jaar van de olifant heeft hij besloten de stijl van werken die hij voor dat boek hanteerde voort te zetten in nieuwe stripreeksen. De leveling (tot op heden één deel verschenen) is een voortzetting van Het jaar van de olifant, maar met Wat wij moeten weten slaat hij nieuwe wegen in. De dood van Wannes komt er zijdelings in voor als Karel (Linthout's alter ego) zijn moeder verwijt dat ze niet op de begrafenis van haar kleinzoon is geweest en dat de dood van de jongen haar koud lijkt te laten. Natuurlijk is dat niet waar, maar in het gezin waar Linthout opgroeide werd niet gepraat. Zeker niet over emoties. Ze hadden een andere manier om hun problemen op te lossen.
'Den boek' werd erbij gehaald. 'Den boek' was een vele pagina's dik schrift dat de vreemde titel: 'Wat wij moeten weten' droeg en waar Willy's moeder alle dingen in opschreef die voor het gezinsleven van relevantie waren. Recepten (die ze overigens nooit maakte) – hoe zelf rattengif te maken stond broederlijk naast een recept voor chocoladetaart – tips voor de moestuin (1,5 m2), wat mee te nemen als je naar het ziekenhuis moest, hoe te behangen et cetera, et cetera...
Na de dood van zijn moeder erfde Willy het boek en besloot het te gebruiken om een strip te maken over zijn jeugd, zijn broers en zijn moeder.
Het handelt voornamelijk over Willy's moeder en zijn broer Valère, die werkeloos raakt en weer bij zijn moeder gaat wonen, waar hij zich werpt op het doen van buitenissige uitvindingen om hun dagelijkse leven te veraangenamen.
Het is op z'n zachtst gezegd een wonderlijk koppel, hij met zijn bedenksels, zij het ' den boek'.
Na moeders dood belandt Valère op een hellend vlak en glijdt af naar verwaarlozing en drankmisbruik. Hij is niet de enige: Willy's andere broer kampt ook met een alcoholprobleem...
Wat wij moeten weten
is genadeloos openhartig en volgens Willy meer op feiten gebaseerd dan Het jaar van de Olifant. Toch is het geen afrekening of een trap na. Al speelt Willy (als Karel) een bijrol, hij spaart zichzelf niet.
Wat wij moeten weten
is een blik in een zonderling gezin. Hoe een groepje mensen zich ondanks of dankzij elkaar staande weten te houden. Of niet... Want hoewel Linthout de nodige humor door zijn vertelling weeft is Wat wij moeten weten toch vooral een triest boek geworden. Een mooi boek, een interessant boek, maar tjonge, jonge...wat een treurigheid!
Het contrast met Linthout's bekendste strip Urbanus kon niet groter zijn, maar van mij mag-ie ophouden met de knullige avonturen van wat ooit de grappigste Belg was en zich helemaal toeleggen op autobiografisch werk als dit.
Nog even een opmerking over de uitgave: Bij uitgeverij Bries verschenen deel 1 Solden in Griekenland en deel 2 De ingreep; deel 3 en 4 zijn nooit afzonderlijk verschenen, maar zagen pas het licht in de verzamelbundel die De Bezige Bij Antwerpen uitgaf, op een iets kleiner formaat dan de eerste twee delen.

 


Linthout's slordig simpele tekeningen zijn onaf, geschetst met potlood, niet geïnkt, niet ingekleurd. De lichte schetslijnen zijn door de tekeningen heen zichtbaar en waar hij zijn potlood zwaar aangezet heeft en veegvlekken maakte door met zijn handen over het papier te schuiven zijn die blijven staan.
Het past allemaal heel goed bij de aard van dit boek.
Je kunt je bijna voorstellen dat Linthout dit allemaal in een dik schrift heeft zitten tekenen, ezelsoren aan de hoeken, vetvlekken op de kaft van het beduimelen.
Zo is zijn Wat wij moeten weten een waar eerbetoon geworden aan het oorspronkelijke 'Wat wij moeten weten'.
Een boek dat iedereen met een beetje gevoel in z'n donder
mocht hij het erven zou koesteren...

 


(HH)