Recensie Heer Bommel & Tom Poes HC 60 Het einde van eindeloos door Marten Toonder

 Recensie Heer Bommel & Tom Poes HC 60 Het einde van eindeloos door Marten Toonder

 

Recensie Heer Bommel & Tom Poes HC 60 Het einde van eindeloos

door Marten Toonder

 

Het einde van eindeloos. Zo moet het voor Marten Toonder gevoeld hebben toen hij in 1986 de laatste hand legde aan zijn krantenstrip Heer Bommel en Tom Poes.
177 Verhalen tekende en schreef hij rond het tweetal, die nu allemaal verschenen zijn in 60 mooi vormgegeven oblong harde kaftjes bij De Bezige Bij.
Eén minpuntje: de bandjes zijn niet genummerd, iets dat de fanatieke Bommel-verzamelaar kan verhelpen door voor een tientje de Wegwijzer bij de blauwe reeks aan te schaffen. Daarin vind je onder andere nummer-stickers die je achterop de bandjes kunt plakken. Je zou het een soort van oplossing kunnen noemen...


In de reeks zijn werkelijk álle Bommel-verhalen die in de krant verschenen opgenomen, ook de eerste verhalen die Toonder zelf liever niet herdrukt zag. Toonder was van mening dat pakweg de eerste zestig verhalen van Heer Bommel en Tom Poes vingeroefeningen waren, vroeg werk dat het best maar vergeten kon worden. Daar heeft hij een punt, maar de liefhebber zal toch blij zijn met deze complete uitgave (waar overigens de eerste deeltjes alweer van uitverkocht zijn geraakt).


Het zestigste deel bevat twee verhalen Het Bommel-verschiet en Het einde van eindeloos.
In het eerste verhaal waarschuwt Toonder voor de gevaren van de automatisering.
'Het verschiet' is een volledig geautomatiseerde stad, die zich losgemaakt heeft van de mensen die haar geschapen hebben: De geleerden die er verantwoordelijk voor waren zijn doorgespoeld en zitten vast in het riool...
In het allerlaatse Bommel-verhaal rukt de beschaving ook al op: de nieuwbouwterreur slaat toe in Rommeldam.
Het buiten van de Markies en Bommelstein moeten wijken voor een nieuwbouwwijk. Bommel ziet het allemaal niet meer zitten en raakt op de dool. Met de vogel Ima (de dochter van een zonderlinge grijsaard die Bommel op de hei ontmoette) als gids gaat Bommel op zoek naar Parnas.
Hoewel de meeste van Toonders verhalen (en de onderliggende moraal) vrij goed te duiden zijn is dit laatste verhaal enigszins ongrijpbaar. Ima heb ik niet kunnen plaatsen, maar Parnus(sus) was de Griekse berg waarop de muzen woonden.
Wellicht is het verhaal een poging van Toonder om zijn eigen zoektocht naar de inspiratie in plaatjes te vatten.
Als dat zo is dan wijzen de sombere ondertoon van het verhaal en de uitzichtloze situatie van Bommel er op dat Toonder het zoeken naar de muze moe was en terecht de stekker trok uit zijn beroemdste creatie.
Aan het eind vindt Bommel rust, en daarmee Toonder ook.
Op zijn lauweren rusten deed hij echter niet: Hij begon vrijwel meteen aan zijn autobiografie, een hoogtepunt in zijn oeuvre.
Maar da's een ander verhaal...



(HH)

Interesse? Koop het album hier!