Recensie De laatste tempelier 1. De decoder 2. De ridder van de crypte 3. De verzonken kerk 4. De tempelvalk 5. Het werk van de duivel 6. De eenarmige ridder door Miguel Lalor, Bruno Rocco & Raymond Khoury

 Recensie De laatste tempelier 1. De decoder 2. De ridder van de crypte 3. De verzonken kerk 4. De tempelvalk 5. Het werk van de duivel 6. De eenarmige ridder door Miguel Lalor, Bruno Rocco & Raymond Khoury

 

Recensie De laatste tempelier
1. De decoder
2. De ridder van de crypte
3. De verzonken kerk
4. De tempelvalk
5. Het werk van de duivel
6. De eenarmige ridder
door Miguel Lalor, Bruno Rocco & Raymond Khoury

 

Raymond Khoury had een leuk idee voor een middeleeuwse thriller: De laatste tempelier. Terwijl hij leurde met zijn filmscenario voltooide Dan Brown de Da vinci code. Khoury werkte zijn filmscript om tot een boek dat best succesvol werd, maar van het stigma dat hij een návolger was van Dan Brown zal hij nooit meer afkomen. Dus nam hij zijn toevlucht tot een medium waarin Dan Brown hem niet te vlug af was geweest: het stripverhaal.
De laatste tempelier beslaat nu zes delen en daarmee lijkt de koek op.
Dat is goed zo, want de twee laatste delen konden niet in de schaduw staan van de eerste vier.
Niet in de laatste plaats door het vertrek van de Braziliaanse striptekenaar Miguel Lalor, die in Nederland debuteerde met deze reeks. Schijnbaar vanuit het niets komt hij in het eerste deel op de proppen met een volledig uitgekristalliseerde tekenstijl die kan wedijveren met het werk van Francq (Largo Winch) en Philippe Aymond (Lady S.)!
Lalor werkt nu met Stephen Desberg aan De verlosser, waarvan het eerste deel al in het Frans verscheen, maar waarvan in het Nederlands nog geen spoor te bekennen is... Wel dook het door Lalor getekende Odyssee onlangs op in de box Wereldliteratuur in strip.
Het stokje – of liever het potlood – wordt bij De laatste tempelier overgenomen door Bruno Rocco (DNA, Purper). Zijn stijl is veel ruwer dan die van zijn voorganger, het is dat de lezer ondertussen weet wie hoofdrolspelers Tess Chaykin en Sean Reilly zijn, want Rocco's interpretatie vertoont weinig gelijkenis met Lalor's versie. Het was overigens te merken in de verkoop: Na deel vijf haakte de lezers massaal af en dat is wel een beetje jammer, want in het zesde en laatste deel knoopt Khoury alle losse eindjes aan elkaar en rondt hij zijn verhaal af.


Er is waanzinnig veel gespeculeerd over het wezen (en de schat) van de Tempeliers. Zoveel dat iedere historicus die zich met dit onderwerp bezighoudt onvermijdelijk zijn vingers brandt en het gevaar loopt door zijn collega's als pseudo-wetenschapper te worden bestempeld.
Zo ook de in deze strip opgevoelde professor Vogel, die dusdanig getraumatiseerd is dat hij besluit de almachtige Katholieke kerk een gevoelige slag toe te brengen aan de hand van geheime documenten van de Tempeliers.
Ja, ja, met die tempeliers kun je
dankzij hun geheimzinnigheid alle kanten uit... Vandaar wellicht dat dit onderwerp zoveel opgepikt wordt door stripschrijvers. Je ziet door de Tempeliers haast het bos niet meer in de stripwinkel.
Toch voegt Khoury met zijn 'laatste' tempelier wel degelijk iets zinnigs toe aan al zijn voorgangers: Ten eerste staat de strip bol van de actie (met name in de eerste twee delen) en ten tweede snijdt hij interessante religieuze discussiepunten aan. Bijvoorbeeld: Tijdens het concilie van Nicea werd destijds bepaald wat er wel en wat er niet in de bijbel thuishoorde. Heeft deze schifting de aard van het Christendom in hogere mate bepaald dan haar eigenlijke wortels?
En dat de kerk veel kwaad op haar geweten heeft is bekend. Maar zou de wereld werkelijk beter af zijn zonder die kerk?
Komt allemaal aan bod in De laatste tempelier.
De strip speelt zich gedeeltelijk af in het heden (beginnend met de spectaculaire diefstal van een 16e eeuwse decoder door professor Vogel) en gedeeltelijk in het verleden (de tempeliers), zoals bijvoorbeeld ook in de stripserie De geheime driehoek en in haar nevenreeksen.
Khoury weet helder te vertellen en de vaart er in te houden,  terwijl het schrijven van romans toch niet te vergelijken is met het schrijven van strips. Khoury verbindt steeds de twee tijdsperiodes in het verhaal met elkaar door archeologe Tess en politieagent Sean – met verbluffend gemak – te laten achterhalen hoe de vork aan de steel zat met de tempeliers. Dat is – toegegeven – wel wat onwaarschijnlijk.
...Maar als u de Da vinci code uitgelezen hebt, dan bent u wel aan wat onwaarschijnlijkheid gewend geraakt.



(HH)

Interesse? Koop het album hier!