Recensie De Beverpatroelje bundel 1 Het geheim van Diepenbos, De vermiste padvinder, De onbekende uit villa Mysterie HC door Michel Tacq (Mitacq) en Jean-Michel Charlier

 Recensie De Beverpatroelje bundel 1 Het geheim van Diepenbos, De vermiste padvinder, De onbekende uit villa Mysterie HC door Michel Tacq (Mitacq) en Jean-Michel Charlier


Recensie De Beverpatroelje bundel 1
Het geheim van Diepenbos,
De vermiste padvinder,
De onbekende uit villa Mysterie HC
door Michel Tacq (Mitacq) en Jean-Michel Charlier

 

Zo'n twintig jaar geleden maakte ik een toertje langs Nederlandse stripwinkels om de gaten in mijn verzameling te dichten. Dat was nog voor internet het overbodig maakte om per trein op jacht te gaan naar stripboeken. Een aantal van die gaten zaten in de serie De Beverpatroelje en ik slaagde er inderdaad met enige moeite in alle dertig albums bij elkaar te krijgen. Het geeft aan dat de strips al zeer geruime tijd van de markt verdwenen zijn en daarom is het goed nieuws dat uitgeverij Arboris de albums in gebundelde vorm gaat heruitgeven.
Nog beter nieuws is dat de eerste bundel piekfijn uitgegeven is. Gerestaureerd teken- en inkleurwerk, informatief dossier en gedrukt op papier dat goed past bij de sfeer van de strip.
Fraai genoeg om in dubio te staan: Zal ik deze bundels dan ook maar gaan verzamelen?


De verhalen zijn niet de meest interessante die er in de stripwinkels te vinden zijn en bovendien gedateerd. Er was een tijd dat elk jongetje een padvinder wilde worden – de grote stripmakers Hergé en Vandersteen begonnen niet voor niets beiden met padzoekertjes hun stripcarrière – anno 2014 is de glorie van de padvinderij wat verbleekt. Te braaf, te hiërarchisch.
De eerste drie albums die in deze bundel terug te vinden zijn dateren dan ook al van de periode 1954-1958. Wie daar doorheen kan lezen kan veel plezier aan de bundel beleven.
Stripschrijver Jean-Michel Charlier staat hier nog aan het begin van zijn carrière en levert eenvoudige detective verhaaltjes, helder verteld en onderhoudend. De tekeningen van Michel Tacq (Mitacq) zijn al even helder, al heeft ook hij bij deze vroege verhalen zijn definitieve vorm nog niet gevonden. Mitacq en Charlier maken het zich overigens niet gemakkelijk door een groepje van zés Bevers als hoofdpersonen te nemen.
De schrijver moet elk van hen een gemakkelijk te herkennen karakter meegeven, en bovendien steeds voor allemaal wat bedenken om ze bezig én in beeld te houden. De tekenaar moet veel meer poppetjes tekenen dan gebruikelijk.
Beide heren slagen echter goed in hun opzet.

De Beverpatroelje is geen eigentijdse essentiële strip, maar meer een stukje striphistorie.
Als mijn geheugen mij niet bedriegt, wordt het verderop in de serie wat volwassener, maar De Beverpatroelje blijft een serie die gemaakt is voor jeugdige lezers en niet eentje die – zoals later werk van Charlier dat wel doet – werkt op meerdere niveaus.

(HH)